Selecteer een pagina

Beschrijving

Wegen verbinden mensen, gemeenschappen en markten met elkaar. Ze zijn het levensbloed van steden en staten, maar ze zijn ook dodelijk. Het huidige aantal verkeersdoden en trauma's heeft epidemische proporties en heeft rampzalige gevolgen voor de getroffen gezinnen, gemeenschappen en de samenleving als geheel.

Naast het probleem van transportgerelateerde sterfgevallen en ernstig gewonden, worden transportprofessionals ook geconfronteerd met de druk van de toenemende verstedelijking. Het resultaat van dit ongekende niveau van verstedelijking is dat het stadsvervoer – en de ruimte die het in beslag neemt – meer zal moeten doen, met minder.

Om deze uitdaging het hoofd te bieden, verschuift de focus van transportplanning en -investeringen snel van autogerichte oplossingen naar op mobiliteit en doorvoer gerichte oplossingen. De rol van de straten zelf verandert op dezelfde manier: van een focus op het vergroten van de capaciteit van de wegen naar het verbeteren van de multimodale weggebruikerservaring voor iedereen.

Deze verandering brengt echter nieuwe uitdagingen op het gebied van de verkeersveiligheid met zich mee. Stadsstraten krijgen een nieuwe bestemming en worden opnieuw ontworpen als dynamische, multimodale corridors. Hierbij kan gedacht worden aan systemen voor openbaar vervoer, zoals Bus Rapid Transit en lightrail-/tramsystemen, een toenemend aantal individuele rit- en fietsdeelvoertuigen, fietsinfrastructuur en voetgangersvoorzieningen. Ze kunnen ook toegang bieden tot metro- en heavyrail-systemen en reguliere busdiensten, evenals tot particuliere en commerciële voertuigen.

Hoewel de introductie van meer vervoerswijzen de straten efficiënter kan maken door meer mensen te verplaatsen, kan dit het risico vergroten, zowel in termen van extra blootstelling (dwz meer mensen) als potentiële conflicten tussen vervoerswijzen.

De manier waarop deze uitdaging momenteel wordt aangepakt, kan in twee hoofdbenaderingen worden onderverdeeld. De eerste is door middel van een beter multimodaal ontwerp voor straten, wat geleidelijk gebeurt via vooruitstrevende straatontwerpprogramma's zoals NATCO's Global Street Design-gids en andere inspanningen.

Het tweede houdt verband met de voortdurende noodzaak om risico’s voor groepen weggebruikers te meten en aan te pakken, wat de focus is van onderzoeksgestuurde instrumenten zoals de iRAP-sterrenwaardering.

Een uitdaging die vaak over het hoofd wordt gezien, is echter dat, naarmate steden steeds meer geïntegreerde vervoerssystemen ontwikkelen, de reis van een persoon doorgaans meer dan één vervoerswijze gebruikt in plaats van één enkele reis van deur tot deur. Een typische transitreis bestaat – op enkele uitzonderingen na – uit minimaal drie delen: van het vertrekpunt tot de transitdienst, de transitreis zelf en de stop van de transitdienst tot de eindbestemming. De secundaire vervoerswijze van het vertrekpunt naar de transitdienst (primaire vervoerswijze) en van de dienst naar de eindbestemming in binnenstedelijke gebieden is gewoonlijk lopend of fietsend of, voor voorstedelijke of voorstedelijke gebieden, motorfiets of voertuig (via park). -en-rijden of drop-offs). De risico's die gepaard gaan met secundaire vervoerswijzen zijn vaak goed gedocumenteerd, vooral voor meer traditionele multimodale reispatronen, zoals schoolvervoer.

Er is daarom behoefte aan het meten van de cumulatieve risico's voor multimodale reizen van deur tot deur. Deze aanpak zou onderkennen dat tijdens een enkele reis het type weggebruiker van een persoon meerdere malen verandert, afhankelijk van het gekozen vervoermiddel, en zou dat risico over de hele reis verdelen.

Dit onderzoek is bedoeld om een Door 2 Door Star Rating-methodologie voor multimodale reizen te ontwikkelen en probeert al deze problemen aan te pakken. Ten eerste zullen gebruikers, door reissegmenten met laag en hoog risico samen te brengen in één enkele reisrisicoscore, een veel beter inzicht krijgen in het totale risico van hun reis. Ten tweede zullen de veiligheidsrisico's van de gebruikers van het openbaar vervoer beter worden begrepen en kunnen worden aangepakt, aangezien deze verband houden met het serviceniveau van het openbaar vervoer. Ten derde zou het instrument een behoefte vervullen die momenteel niet beschikbaar is op het gebied van multimodale reismodellering, wat een betere bedrijfsplanning van vervoerssystemen zou kunnen ondersteunen, waardoor de efficiëntie van – en de investeringen in – deze systemen zouden worden gemaximaliseerd. Uiteindelijk heeft dit geleid tot verbeterde financieringsmodellen en een beter beheer van stadsvervoersystemen en tot een vermindering van de silo's tussen weg- en vervoersautoriteiten.

Partners

De International Road Assessment Programme (iRAP) is een geregistreerde liefdadigheidsinstelling met adviesstatus van de VN ECOSOC.
iRAP is geregistreerd in Engeland en Wales onder bedrijfsnummer 05476000
Liefdadigheidsnummer 1140357

Maatschappelijke zetel: 60 Trafalgar Square, Londen, WC2N 5DS
NEEM CONTACT OP │ Europa │ Afrika │ Azië-Pacific │ Latijns-Amerika en het Caribisch gebied │ Noord-Amerika

nl_NLNederlands